De hele Atlantische kust, vanaf het noorden van Noorwegen,
tot aan het zuiden van Frankrijk, was door de Duitsers bezet en goed verdedigd.
Zie de afbeelding (volgende bladzijde). Dit is de ‘Atlantikwall’, de grote
Duitse verdediging. Bij Nederland en Noord-Frankrijk, waar de afstand tussen
Engeland het kleinst is, werd de invasie door de Duitsers het meest verwacht. Het
nauw van Calais, wat dus het dichts bij Engeland was, was ook de beste
landingsplaats, een goed landschap.Ook omdat hier het Rührgebied dichtbij was,
dan konden de geallieerden dat snel veroveren, en was de toevoer van veel
goederen en dergelijke naar Frankrijk afgesloten, en konden de Duitsers ook
niet meer troepen aanvoeren. Dan werden ze afgesneden. Deze plek was gewoon het
meest logisch, maar werd dus te goed verdedigd door de Nazi’s. Helemaal in het
noorden bij Noorwegen, was bijna geen optie te noemen, daar was het veel te
koud, de kust was te bergachtig, en de afstand tussen Engeland en Noorwegen was
te groot voor een onopvallende verrassingsaanval. En bovendien konden de
vliegtuigen niet zover komen met hun brandstof. Dus deze optie was niet reëel. West-Nederland
en België en Noordwest-Frankrijk waren het sterkst verdedigt, er lagen ook
langs heel de Atlantikwall mijnenvelden. Uiteindelijk kozen de geallieerden
toch voor Normandië, dit was ook een goede afleiding, de Duitsers dachten ook
dat de aanval een afleiding was, en dat de echte invasie nog moest komen. Hitler
had ook de intuïtieve gedachte dat ze bij de schiereilanden Conentin en
Bretagne konden landen, dit was dus bij Normandië, deze schiereilanden vormden
namelijk makkelijk te verdedigen bruggenhoofden.
Eerst wilden de geallieerden de landing beginnen op 5 juni
1944, maar dit werd uitgesteld naar 6 juni door het slechte weer. Het bleek 6
juni nog slechter weer te zijn, maar om het schema toch nog een beetje te
kunnen volgen, gingen de geallieerden toch over op de aanval. Er was wel een
voordeel, namelijk het verrassingseffect van de aanval was er. Wie gaat er nou
aanvallen als de zee ontzettend ruw en gevaarlijk is. En het ook zeer slecht
weer is, bewolkt en regen. Er zijn dan ook troepen al voordat ze op het land
kwamen omgekomen, doordat het landingsvoertuig zonk. En veel pantservoertuigen zijn
op deze manier verloren gegaan.
De geallieerden moesten zich zoveel mogelijk aan hun schema
houden, dat schema hadden zij helemaal uitgestipt, daar hadden zij maanden van
tevoren aan gewerkt, en het was de bedoeling dat ze voor de winter nog bij Berlijn
waren, omdat het in de winter nog veel zwaarder is om te vechten, en ook voor
de bevolking erg moeilijk. Zo zijn er in de hongerwinter veel mensen om het
leven gekomen van de honger in Nederland.
Een snelle opmars was dus nodig, en het uitstel van de
aanval was dus niet positief voor het hele plan. En het moest ook wel op 6 juni
1944, want het weerbericht was slecht, dus ze moesten kiezen of nu, met slecht
weer, of straks met storm, of misschien pas over een aantal weken. Het zat dus
niet mee.
|